September 1944, 78 jaar geleden, werd Nijmegen bevrijd. We plaatsen deze maand enkele artikelen ter herinnering aan wat er allemaal speelde toen Nijmegen frontstad werd. Maart 2020, we bezoeken het Vrijheidsmuseum in Groesbeek.
‘Zaakwaarnemers van het verleden De toekomst kan niet zonder hen’
Met deze twee zinnen laat Wiel Lenders, directeur van het Vrijheidsmuseum in Groesbeek, overtuigend zien hoe belangrijk geschiedenis is. Geschiedenis laat zien dat de werkelijkheid door iedereen verschillend wordt beleefd. In verleden, heden en toekomst. Een gesprek met een bescheiden maar gepassioneerde museumdirecteur en pleitbezorger.
Het blijkt lastig Wiel Lenders aan het praten te krijgen over zijn eigen rol.
Onmiddellijk praat hij over zijn team van medewerkers en vrijwilligers. Allemaal mensen waarop hij bijzonder trots is. Op hun kennis, kunde en inzet. Maar als hij praat over de vele projecten, zijn activiteiten over de grenzen en zijn contacten met andere organisaties, dan blijkt overduidelijk hoe groot en gedegen zijn kennis en niet aflatende inzet zijn. En dat allemaal waar hij als historicus en museumdirecteur voor staat: het verleden zichtbaar en tastbaar maken. “Zodat we nu en in de toekomst elkaar beter kunnen begrijpen.” Tegen het einde van het gesprek lukt het toch: “Een mede-aanjager,” zo omschrijft hij zijn eigen rol kort.
Oneliners
Wiel Lenders begint met een aantal beroemde oneliners, melodieën en speelfilms, die onze beelden van de Tweede Wereldoorlog bepalen: “Denk bijvoorbeeld aan Saving private Ryan, Allo, Allo, Casablanca enzovoorts. De populariteit van de Tweede Wereldoorlog in speelfilms is constant, maar per generatie is de weergave totaal verschillend. Iedere generatie herdenkt op eigen wijze de oorlog.”
Kiezen tijdens crisis en bezetting
“Er is in het museum een omslag gemaakt van het militaire verhaal naar het verhaal van gewone burgers,” vervolgt Wiel. “Het dagelijks leven. Het leed. Het tekort aan van alles. Dilemma’s tijdens een bezettingstijd: ga je nu wel of niet in het verzet? Ga je voor de Duitsers werken omdat je van armoe niet rond kan komen? Of doe je dat juist niet? Doe je iets heldhaftigs, duik je onder? Of duik je weg omdat je bang bent?” Enorme stress tijdens crisis en oorlog, die op een indringende manier zichtbaar en voelbaar wordt gemaakt in een aantal kamertjes met jaren-40-inrichting. In die kamertjes kun je met knoppen een keuze maken. Wat zou jij doen? Of juist niet doen? Gemakkelijk kiezen, zo lijkt het met de blik van nu. Maar wat doe je als je er middenin zit? Als je niet kunt overzien wat er echt aan de hand is? Ook bij andere plekken in het museum voelt een bezoeker zich midden in geschiedenis staan. Niet alleen van de oorlog. Ook van daarvoor en daarna. Tot in de huidige tijd.
Waarom zouden mensen die in de nieuwere delen van de stad wonen, zoals Dukenburgers, naar het museum gaan? Het Nijmeegse oorlogsverhaal is toch vooral een verhaal van de oude stad? Wiel bevlogen: “Niets is minder waar. Uiteindelijk is het juist een verhaal over oorlog en vrijheid voor iedereen. Toen en nu. Nederland was in 1945 bevrijd van het Duitse juk. Voor mensen een kilometer verderop, over de grens in Duitsland, begon juist de bezetting. Het Rijnlandoffensief van februari 1945 was voor Nijmegen en omgeving het begin van de definitieve bevrijding. Aan de andere kant van de grens begon tegelijkertijd de totale verwoesting: 80 tot 95 procent.” “Ook gaat het bij onze buren vooral over schuldig zijn aan de oorlog en de ellende, die daardoor veroorzaakt werd. Dat blijft zwaar drukken. Bij ons speelt dat veel minder.” ”Wel werden we aan beide kanten van de grens bevrijd van een verderfelijk totalitair systeem. Vrijheid dus.” “Ook nu worden mensen door verderfelijke systemen onderdrukt. Het wezenlijke van vrijheid is dat iedereen naast elkaar kan bestaan, hoe verschillend afkomst, ras, geloof en land van herkomst ook zijn. Niet weggedrukt worden. Dat gebeurt sneller dan je denkt. Er zijn nu weer veel vluchtelingen, die de weg naar onze vrijheid proberen te vinden. Op allerlei levensgevaarlijke manieren. Dat is ook zichtbaar in ons museum. Foto’s, een zwemvest van een bootvluchteling en meer. Het gaat om vrijheid. Dat willen we iedereen laten zien.”
Jeugd
Wiel: “Van oudsher hebben we veel contacten met scholen. Dat wordt steeds intensiever. We maken dat netwerk van scholen steeds groter. Zowel hier als over de grenzen. Niet alleen komen scholieren hier, maar we betrekken ze ook bij ons programma-aanbod.’ ‘Vormgeving van tentoonstellingen en alle mogelijke nieuwe technologische ontwikkelingen zijn mede daardoor steeds belangrijker geworden. Iets kunnen beleven spreekt huidige generaties sterk aan. We willen natuurlijk meegaan met deze moderne tijd. Vormgeving mag echter nooit de hoofdzaak worden. Het gaat om inhoud: de geschiedenis. Daarvan zijn we zaakwaarnemer. Om, zoals gezegd, elkaar beter te kunnen begrijpen. Nu. En in de toekomst.”
Het museum
Het Vrijheidsmuseum is een historisch-educatief museum dat voor jong en oud het verhaal vertelt van Oorlog en vrijheid zonder grenzen. Centraal staat de Tweede Wereldoorlog, in samenhang met de geschiedenis van de twintigste eeuw én de actualiteit. Zowel het Vrijheidsmuseum als het Infocentrum WO2 Nijmegen zijn onderdeel van de Stichting Nationaal Bevrijdingsmuseum 1944-1945.
Het museum is gelegen in een historisch landschap in Gelderland. Op nog geen kilometer afstand van de Duitse grens. Het museum werd daar in 1987 opgericht, onder de toenmalige naam Bevrijdingsmuseum, in de voormalige gebouwen van Werkeiland Neeltje Jans van de Deltawerken. Het is het enige WO2-museum dat gesitueerd is in zowel het gebied van Operatie Market Garden als het Rijnlandoffensief. Het Nederlands- Duitse grensgebied bij Nijmegen speelde in de laatste twee oorlogsjaren een hoofdrol op het wereldtoneel. Met grote gevolgen voor de burgerbevolking.
In 2018-19 is op dezelfde plek een nieuw museum gebouwd. De opening vond plaats op 1 september 2019. Op dat moment veranderde de naam van Bevrijdingsmuseum in Vrijheidsmuseum. Het museum is gevestigd in een volledig duurzaam en aardgasvrij gebouw met een hoogte van 12 meter, lijkend op een enorme parachute. Deze herinnert aan de dropping van duizenden Amerikaanse parachutisten op de landingsterreinen langs de Wylerbaan en op Klein Amerika in Groesbeek op 17 september 1944, alsook aan het grote Rijnland offensief op 8 februari 1945.
Klik hier voor de reportage over het museum
Bericht september 2022