‘Ik zet me in voor mensen die het extra lastig hebben’

Gesprek met wethouder Petra Molenaar

“Niet vóór mensen denken, maar mét mensen.” Dat is het motto van Petra Molenaar, de nieuwe wethouder van werk, inkomen en armoedebestrijding. Ze is de opvolgster van Renske Helmer-Englebert, die op 1 september 2020 aftrad vanwege problemen met haar gezondheid. Tijd voor een kennismaking.

Petra Molenaar (37) is geboren en getogen in Zetten. Ze kwam naar Nijmegen om te studeren en is hier nooit meer weggegaan. Samen met haar man en twee kinderen woont ze in Wolfskuil. Sinds haar achttiende is ze lid van de SP.

“Ik studeerde politicologie”, vertelt Molenaar. “Ik was actief bij een studievereniging en in de Universitaire Studentenraad. Na de universiteit werd ik leraar maatschappijleer. Ik vind het leuk om met jongeren te werken en maatschappelijke thema’s te bespreken. Dat ging mooi samen.” Ze werd actief in de SP, zat in het afdelingsbestuur en was een jaar voorzitter. In 2014 kwam ze in de gemeenteraad. “Ik was woordvoerder onderwijs, cultuur, wijken en openbare ruimte”, vervolgt ze. “Ik wilde het plezier van mensen groter maken, ook door kleine dingen te bereiken. Daarna deed ik zorg en welzijn. Ik zette in op huishoudelijke hulp.”

Niet roepen maar doen

 

“Als je iets vindt kun je hard roepen, maar je kunt ook wat doen. Ik ben van het laatste. Ik heb energie om veel dingen te doen. Ik werkte op twee scholen en was tegelijkertijd raadslid. Ik vind het hartstikke leuk om de deuren langs te gaan. Mijn man is groenlinkser. Op inhoud zijn we het vaak eens, maar de stijl van onze partijen is wel anders. Bij GroenLinks is het meer discussiëren.”

Molenaar heeft in heel Nijmegen mensen gesproken. Binnen de SP onderhoudt ze het contact met leden in Dukenburg, zodat de SP-folders daar verspreid worden. Als dat niet lukt, gaat ze zelf op pad. Wat valt haar op?

“In Dukenburg komen mensen naar buiten. Dukenburgers zijn trots op hun stadsdeel. Ze zoeken elkaar op en helpen. Zeker nu in coronatijd zie je daar veel solidariteit, sociale cohesie en mooie initiatieven ontstaan. Zo heeft elke wijk zijn eigen identiteit. Als ik bijvoorbeeld naar mijn eigen wijk kijk, de Wolfskuil, dan valt me op hoe gemengd de wijk is. Er zijn veel nieuwe mensen komen wonen, maar je treft ze net zo makkelijk als de echte kuulers, bijvoorbeeld in het wijkcentrum of bij de brede school.”

Wethouder zijn

Hoe bevalt het om wethouder te zijn? “Het is een hele mooie functie. Ik heb geen moment spijt gehad. Ik ben met open armen ontvangen. De mensen om me heen helpen me. Ze zijn hartelijk. Ik heb geen drie banen meer, maar één. Ik ben nu 24/7 wethouder. Renske zei tegen me: ‘Blijf jezelf.’ Dat is een mooie tip waar ik me graag aan houd.”

Wat kunnen we verwachten?

“Ik ga me inzetten voor mensen die het extra lastig hebben, zeker in deze coronatijd. Ik wil mensen een steuntje in de rug geven. Voor de arbeidsmarkt werken we samen met de regio. Omscholing of bijscholing van jongeren, waardoor ze werk kunnen krijgen. Stages aanbieden waardoor ze ervaring opdoen. Dat doet de gemeente niet alleen, maar samen met werkgevers, werknemers en onderwijs.”

“Er zijn veel zzp’ers. Die blijven niet bij de pakken neerzitten. Velen hebben Tozo aangevraagd. (Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers – red.) Ze zitten nu in ons systeem. Die gaan we benaderen. We moeten ook oog hebben voor mensen die al lang een afstand tot de arbeidsmarkt hebben. Er moet één loket zijn waar mensen naartoe kunnen.”

Schaamte en trots

“Renske sprak zelf met deze mensen. Ik wil dat ook graag doen, maar dat kan nu niet door corona. Dat maakt mijn werk lastiger. Maar corona maakt zaken ook concreter. We kunnen bijvoorbeeld niet meer naar het terras. Maar er zijn mensen die dat nóóit kunnen. Die geen kinderfeestjes kunnen geven. Kinderen die niet meekunnen op schoolreis. Daar is wel een regeling voor, maar mensen schamen zich. Ze zijn trots, hebben stress. Armoede komt in de hele stad voor. Voor kinderarmoede is er de stichting Leergeld. Die heeft een goed bereik en biedt allerlei voorzieningen.”

Sociale stad

“We zijn een sociale stad. Dat blijkt ook uit de analyses. We hebben een uitgebreid aanbod aan minimaregelingen. Maar nog lang niet iedereen die daar recht op heeft maakt er gebruik van. Die moeten we de weg wijzen. Dat doen we bijvoorbeeld met de Geldzorgencampagne. Er zijn allerlei steunregelingen. Als je die allemaal zou gebruiken kun je op een redelijk inkomen komen. Daarnaast moeten mensen het weten te vinden. Je moet het zelf makkelijk kunnen invullen.”

Bericht december 2020

menu