Soms hè, soms denk je ik moet wat aan mijn situatie doen, het gaat niet zoals ik het wil. Maar wat doé ik eraan als ik me eenzaam voel, als ik financiële problemen heb of als er in mijn wijk van alles speelt waar ik last van heb. In zo’n geval kan je, zoekende in het woud van hulpverleners, terecht bij Andrea (of haar collega Pieter Pelser), de opbouwwerkers van Bindkracht10 in Dukenburg. Andrea Olfen is vanaf augustus vorig jaar in dienst bij Bindkracht10. “Het is inderdaad niet altijd gemakkelijk de weg naar de juiste hulpverlener te vinden”, zegt Andrea, “ook al omdat de naamgeving regelmatig verandert.”
Brede welzijnsorganisatie
Bindkracht10 was vroeger Tandem en Interlokaal, daarna kwamen de Stip’s het opbouwwerk, het jongeren- en kinderwerk en de financiële hulpverlening allemaal samen in Bindkracht10. Daarmee is Bindkracht10 dus een hele brede welzijnsorganisatie geworden. Alleen het maatschappelijk werk en het ouderenwerk staat hier los van. Daar zijn bijvoorbeeld de Buurtteams voor en Sterker ouderenwerk. Net als Bindkracht10, zelfstandige organisaties gefinancierd door de gemeente.
Stip (dus nu ook onderdeel van Bindkracht10) is het stedelijk informatiepunt. Zij geven rechtstreekse hulp aan mensen die bijvoorbeeld problemen hebben met het invullen van formulieren of hun financiën. Het is dus een soort inlooppunt voor hulp aan individuen.
“Wij als opbouwwerker, bewegen ons meer in de wijk zelf en proberen hulp te bieden bij individu-overstijgende zaken. Bijvoorbeeld ondersteuning van burgerinitiatieven (wijkbewoners die iets op touw willen zetten) en problemen en uitdagingen die zich voordoen voor groepen mensen.”
De opbouwwerkers geven adviezen, leggen contacten en brengen ideeën ter tafel, maar het is wel de bedoeling dat bewoners het zélf uitvoeren. “Wij werken met name aan preventie”, zegt Andrea, “we leggen ons oor te luisteren in de wijk en weten daardoor sneller wat er speelt. We sluiten ook vaak aan bij reeds bestaande initiatieven om zo beter op de hoogte te blijven van alle perikelen in de wijk.”
Afvalzorgen
Het afvalprobleem in Meijhorst en Zwanenveld bijvoorbeeld wordt, naast door de Dar en de gemeente, ook door de opbouwwerkers ondersteund. Als er een burgerinitiatief ontstaat voor het opschonen van de wijk, wat ook inderdaad het geval is, dan ondersteunt Bindkracht10 dat door het leggen van contacten en ook door te verwijzen naar middelen, bijvoorbeeld van de gemeente.
Andrea heeft een prioriteitenlijst opgesteld van zaken die ze wil oppakken. Daar hebben we bijvoorbeeld wijkcentrum ‘de Turf’ in Malvert dat al een tijdje nauwelijks gebruikt wordt. “Eén van de prioriteiten die ik me gesteld heb, is ‘de Turf’ nieuw leven inblazen”, zegt Andrea, “Ik ben daar begonnen met koffiemomenten te organiseren, heel eenvoudig, waarbij we altijd leuke activiteiten doen. Dat zijn de dingen waarbij ik me thuis voel.” De belangrijkste partijen in de wijk hebben zitting in de zogenaamde ‘Veelhoek’. Dat is een overleg onder voorzitterschap van de wijkregisseur van de gemeente, waardoor nog beter afgestemd wordt wie zich met de wijkproblemen en -uitdagingen en op welke manier gaat bezighouden.
“Eén dag per week ben ik ook welzijnscoach (loopt overigens ook wel door mijn opbouw-werkzaamheden heen) en dat is dan weer echt individuele hulpverlening. ‘Welzijn op recept’ is daarbij de slogan. Huisartsen, ziekenhuis of andere instanties verwijzen door naar mij als iemand in, zeg maar, ‘welzijnsnood’ verkeert. Iemand heeft onduidelijke klachten, mist aanspraak, is eenzaam, is zijn werk kwijt, enzovoorts.” Andrea onderzoekt dan samen met de betreffende persoon wat er in de wijk of daarbuiten voor mogelijkheden zijn om de klachten te kunnen verhelpen. Dat kan zijn het gezamenlijk uitoefenen van een hobby, gesprekken met vrijwilligers, financiële advisering en noem maar op. “Het is altijd leuk als je iemand daarmee weer de weg kan wijzen. Ik neem daarna ook wel weer afstand, of, als de klachten dieper gaan, verwijs ik door naar een specifiekere oplossing.”
Andrea komt uit eenzelfde soort functie in Zuidoost Brabant. ‘Ik heb daar heel veel geleerd, hoewel de werkwijze daar wat strakker was. De aangesloten gemeenten bepaalden welke werkzaamheden er gedaan werden. En dat was niet altijd in lijn met wat er speelde in de wijken. Hier is mijn functie vrijer en kan ik er zelf meer kleur aan geven. Alle verschillende organisaties in de wijk bepalen zelf, na onderzoek ook bij bewoners, wat belangrijk is in het stadsdeel. Dat vind ik wel fijn.”
Wijksafari
Zelfs een ‘wijksafari’ maakt onderdeel uit van het takenpakket. “Ik heb die samen met iemand anders georganiseerd. Heel leuk en niet zozeer bedoeld voor wijkbewoners, maar juist voor personen die zich professioneel met de wijk bezighouden. We gaan in een wijk met elkaar wandelen, om de wijk beter te leren kennen, maar ook om te netwerken en contacten te leggen’.
Mensen samenbrengen en (weer) krachtig maken. Dat is eigenlijk waar het om draait bij het opbouwwerk. En laat dat nou precies zijn waar we in onze individualistische maatschappij behoefte aan hebben.
Bericht april 2024