‘Het stroomde bijna over …’

Januari 1995, in de rivieren Maas en Rijn stijgt het water explosief, De eerste dorpen in Limburg overstromen. Bewoners moeten met vrachtwagens en tractoren naar hun huizen gebracht worden.

Op 31 januari bereikte de Maas bij Borgharen de hoogste stand sinds 1926 en tegelijk bereikte de Rijn bij Lobith de hoogste stand ooit in Nederland gemeten.

Rampenzender

Al dagenlang was het hoge water ’t onderwerp van gesprek en waar je ook kwam hoorde je radio Gelderland. Voor het eerst was deze regionale radiozender een echte ‘Rampenzender’. Een functie die de regionale zenders in Nederland was toebedeeld door Den Haag en ‘Omroep Gelderland’ vervulde die deze dagen voor onze omgeving perfect. Nog meer als in Brabant en Limburg zo bleek in de week die volgde

De commissaris nam het besluit

Overal waren verslaggevers en overal vandaan kwamen spannende berichten. Maar wat moest er gebeuren, waar naartoe als het misgaat? Daadkracht van bestuurders ontbrak. Er was een advies om de Ooijpolder en het land van Maas en Waal te verlaten. Tot dat commissaris van de Koningin Jan Terlouw de leiding op zich nam. Hij gaf de opdracht aan inwoners van de Ooijpolder, Druten en West Maas en Waal om te vertrekken. Vanaf dinsdag 31 januari 1995 werd evacueren verplicht. De hoge waterstand van Rijn, Waal en Maas werd te gevaarlijk, 250.000 mensen en alle dieren moesten evacueren.

Kapotte dijken en badkuip

Op 1 februari was er opeens paniek in de Betuwe, grote scheuren werden ontdekt in de Waalbandijk bij Ochten. Burgemeester Zomerdijk adviseerde de bewoners te vertrekken. De Betuwe bedreigd.

Ook de dijken van de Maas en Waal langs het land van ‘Maas en Waal’ waren in slechte staat, het hele gebied ligt lager en zou bij een dijkdoorbraak vollopen als een badkuip. Daarbij heeft het land van Maas en Waal een beperkt aantal toegangswegen en veerponten. Bij een overstroming zouden de mensen als ratten in de val zitten.

30 jaar verder

Inmiddels is er veel gebeurt. Alle dijken zijn aangepast, verbreedt en verhoogt. En er loopt een tweede verbetering om ze nog steviger te maken. Maar de grootste aanpassingen zijn toch de nevengeulen, ‘ruimte voor de rivier’. Er zijn gebieden gekomen waar de rivier mag overstromen en een tijdelijke waterberging kan ontstaan. Vooral in Nijmegen zichtbaar bij Lent. Een nevengeul, extra bruggen, een ‘overstroombare dam’. De Waalkade blijft een stuk droger bij hoog water.

Tegenstand

In de jaren voor de ‘bijna-ramp’ was er veel tegenstand voor grootscheepse dijkaanpassingen. Er werd fel gedemonstreerd wat ook de werkzaamheden vertraagden. Na het hoogwater kwam premier Wim Kok het Deltaplan voor de rivieren. Verzwaringen werden versneld doorgevoerd maar ook met de natuur werd meer rekening gehouden. Veel meer kregen de rivieren hun oude loop terug en vooral meer ruimte.

Terlouw vertelde later: “het grootste probleem was destijds het gedrag van de bestuurders.”

Er is in februari en begin maart een interessante kleine tententoonstelling over het hoge water en de evacuatie van Maas en Waal in het ‘Tweestromenland Museum’ in Beneden-Leeuwen te zien.

Museum Tweestromenland, Pastoor Zijlmanstraat 3. Beneden-Leeuwen.

Open woensdag, vrijdag, zaterdag en zondag van 1.30 tot 17.00 uur.

Meer informatie 0487-595 002  www.museumtweestromenland.nl

Bericht februari 2025

 

menu