‘Geen centimeter toegeven’
We hebben jarenlang veel kampeerreizen door heel Europa gemaakt. We hebben veel gezien, cultuur gesnoept en van de natuur genoten. Met van west naar oost en van noord naar zuid veel verschillen, zoals: de natuur de natuur laten en het altijd wonderbaarlijke Zwitserland waar we gekscherend van zeiden dat er ‘geen grassprietje verkeerd staat.’ Ondanks dat in onze ogen te goed verzorgde gras, zijn de Zwitsers wel degelijk natuurmensen. Er wordt daar goed nagedacht hoe je je dorp of stad presenteert, wat de behoeftes van de mensen zijn en wat kinderen nodig hebben. Nijmegen worstelt met veel van die zaken en is helemaal doorgeslagen op groengebied.
Afgelopen jaar resulteerde het gemeentelijk maaibeleid in een verharding tussen bewoners en ambtenarij. Nee, niet rechtstreeks maar de reacties logen er niet om. Het ging om onveilige verkeerssituaties ontstaan door het maaibeleid, kinderen die niet meer op hun vertrouwde plekken fatsoenlijk konden spelen en ouderen die hun zitbankjes niet meer konden bereiken. We zagen de spagaat van wijkopzichters die dit heus wel inzagen maar van hogerhand de opdracht hadden gekregen om: “Geen centimeter toe te geven.”
Soms denk je wel eens dat het contact tussen burgers en ambtenarij ingestort is. Klachten melden via een app, zaken die jouw buurt aangaan moeten opzoeken op een totaal onoverzichtelijke website, de onpersoonlijke 14024-lijn met de ‘van het scherm aflezende’ persoon. Maar vooral het van hogerhand promoten van Mijn wijkplan’ gaat Jan boven de pet. Inmiddels kennen we vele tientallen ambtenaren die mijn wijkplan niet zien zitten, aangeven dat het niet functioneert en zelfs zeggen dat het compleet mislukt is. Dit alles natuurlijk voor de goed verstaander. Met de enorme personeelswisseling die de afgelopen maanden in het stadhuis plaatsvond en waarbij mensen op ‘vreemde’ plekken zijn neergezet, zijn de vooruitzichten niet bijster beter geworden.
Goed, genoeg gezeur, je zult maar op zo’n post gezet zijn. De vrijwilligersorganisaties die er het eerst mee te maken hadden, pakken het wel weer op en zijn niks te beroerd om samen te werken en te helpen. Nu kijken hoe flexibel de andere kant is, of er bij die ‘hogerhand’ een menselijke kant zit. Bij het maaibeleid wachten we nu het voorjaar af en kijken of de speelplekken wel gemaaid worden, ouderen hun bankje kunnen bereiken en er niet zoals verleden jaar alleen gemaaid wordt voor de reclameborden omdat die wel geld opbrengen.
Peter Saras